Waar kom je vandaan en waar ga je naar toe?
Je kunt hier niet over straat lopen zonder dat je gevraagd wordt: “Waar kom je vandaan?” “Waar ga je naar toe?” Laatst kwam ik een paar kinderen tegen en toen vroeg ik het notabene zelf!
De mensen hier in de buurt maken voor mij het leven extra leuk. Regelmatig op dezelfde tijd op dezelfde plek komen blijkt een goede manier om mensen te leren kennen, evenals te voet door het dorp gaan.
Chicu, een alleraardigste man. Hij heeft nog paard en wagen en gebruikt die gelukkig ook nog. Altijd vriendelijk, wil altijd helpen en lust ook altijd wel een borrel. Ooit vond hij het zo gezellig, dat hij zich aansloot bij een groep colinde-zingers (traditie rond kerst waarbij je voor de deur gaat staan zingen, daarna wordt je naar binnen gevraagd) Wij hadden al door dat je van de tuica, de borrel, enkel even nipt. De rest gaat later weer terug in de fles, het is immers toch sterk spul. Chicu deed het anders, hij zorgde dat hij als laatste opstond en zo snelen ongezien alle borrels achter elkaar opdronk. We zijn hem dan ook onderweg verloren….
Vasile, min of meer mijn buurman. Hij is de broer van Ionel. Ionel was de buurman van Ad en Janneke, bekend vanuit haar boeken. Sinds Ionel vorig jaar is overleden, is Vasile vaak in Oarba. Hij verzorgt er de tuin en knuffelt met de ganzen. Ook hij vraagt als je langs loopt altijd: “Ce faci?” Letterlijk wat maak je maar veel vaker ook gebruikt als “Hoe gaat het?”
Maria, mijn overbuurvrouw, ze woont op het hoekje en ze ziet eruit alsof ze net uit een film is gestapt. Ze kwam een keer een zakje walnoten brengen, zo lief. Het was een klein gebaar en gaf daarmee grote indruk. Ze lijkt wat van de wereld te zijn, verder is ze erg aardig als ik haar tegen kom. Ze is ver in de 80, doet alles nog zelf, gooit vriendelijk lekkers over de schutting voor het hondje van Vasile.
Vasile Biris (rechts), woont in het naburige dorp Sfantu Geoerghe. HIj heeft altijd pretoogjes en maakt graag grapjes. Hij heeft nog een prachtige kudde schapen. In de zomer worden ze gemolken, maakt hij van de melk kaas en die verkoopt hij weer op de markt. Het leuke van hem is ook dat hij mijn Roemeens verbetert.
Cristi en zijn oom uit Ogra. Ze maken bij mij de omheining. Daarvoor krijgen ze behalve loon ook eten en sigaretten. Dat geeft een vreemde gewaarwording om na ruim 25 jaar weer in de winkel sigarettetn te kopen. De oom is wat doof. Hij drinkt ook niet graag koffie en thee leek hem een beter idee. Ik zie hem het theezakje openscheuren in de inhoud in het hete water gieten. Tja, ieder zo zijn gewoonte denk ik nog. terwijl ik weg loop. Even later hoor ik Cristi vreselijk lachen. Bij het eten bekend hij dat de thee niet zo’n goed idee was, althans niet zo los in het water. Ik maak nieuwe voor hem.
Ze hebben veel handige oplossingen. Daar waar ik denk iets nieuws te moeten kopen, daar bedenken zij hoe ze het kunnen maken. Zo zit mijn hamer weer vast aan de steel door een kleine spijker. Zo simpel… jarenlang vloog dat ding eraf als ik aan het timmeren was.
Natuurlijk is ook Mina er. Mina is ontzettend hartelijk, kan heel levendig vertellen met pretoogjes. Ze had een tijd dat alles haar zeer deed. Totdat ik op een gegeven momet vroeg naar het puntje van haar neus. Nee, die deed niet zeer. Haar oorlelletje? Nee, die deed ook geen zeer. Sindsdien heeft ze nog steeds bij vlagen veel pijn, maar niet meer dat alles zeer doet. Dat ze zoveel pijn heeft, komt doordat ze ooit van een hooiwagen is afgevallen waarna de wagen over haar heen reed. Met kerst 2017 was zijn mijn eerste klient. Nu ga ik nog trouw naar haar toe om te masseren. Als dank maakt zij lekkers of krijg ik een kip. Samen lachen we heel wat af.